In Vlaanderen hebben ze sinds enige jaren een Textielnetwerk in samenwerking met een aantal musea. Je kunt er veel informatie en contacten vinden en ook doen ze daar onderzoek. Ook iets voor ons in Nederland? In het kader van de goede voornemens voor 2025? We gaan eens kijken hoe het daar in elkaar zit.

Themanetwerk textielerfgoed Vlaanderen

Het kenniscentrum ETWIE (waarover verderop meer) heeft dit netwerk in 2020 opgezet in samenwerking met: Industriemuseum, Design Museum Gent, Texture, MUST Ronse, Stadsmuseum Lokeren, SteM Sint-Niklaas, PARCUM, MAS, Modemuseum Antwerpen, Modemuseum Hasselt en Openluchtmuseum Bokrijk.

Doel is het in kaart brengen wat textielerfgoed is, wie iets heeft, wie iets weet en wie iets kan.

Doel was ook om een samenwerking tot stand te brengen tussen textielmusea en -collecties waarbij het maken van collectieafspraken en het organiseren van een ‘textielweek of -maand’ centraal stonden.

Ze bundelen de krachten om samen prioritaire acties en noden met betrekking tot het textielerfgoed uit te werken en de zichtbaarheid te vergroten. De deelnemende musea en organisaties kun je alvast terugvinden op de Erfgoedkaart!

De thema’s zijn:

Acties

Sinds haar ontstaan heeft het netwerk al een aantal acties uitgevoerd. Zo is er een ‘veldtekening’ gemaakt. Hierin vind je een overzicht van wat textielerfgoed in Vlaanderen en Brussel is en kan zijn, en waar het bewaard wordt. Dit onderzoek bracht een netwerk rond textielerfgoed in Vlaanderen en Brussel tot stand. Daarnaast heeft deze publicatie en alle acties daaromheen (waardebepalingen, terminologie o.a.) een beweging in gang gezet met aandacht voor het textielerfgoed. ETWIE neemt de taak op zich om een verdere afstemming en het uitvoeren van gezamenlijke acties te coördineren. Je komt bij de veldtekening door te klikken op onderstaande foto. Dan kun je hem helemaal inzien.

Daarnaast zijn er de ‘waarderingen’ : onderzoeken naar wat er bekend is over een onderwerp in de museale collecties. Zo was er een waardering over naaimachines, en een over handweefgetouwen. Er loopt nu een waarderingsonderzoek naar stalenboeken. Interessant want daar doen ze in het Textielmuseum Tilburg ook veel aan. En er lopen inventarisaties rond weven en kantterminologie.

Tot slot is er ook een onderzoeksbalans Textielerfgoed gemaakt.

Een onderzoeksbalans is in de eerste plaats een onderzoeksinstrument. Hij geeft een overzicht van het erfgoedonderzoek en het historisch onderzoek in en over textielerfgoed in Vlaanderen, met als doel het instrument te laten uitgroeien tot een permanente aanzet voor verder erfgoedonderzoek. Verder wil de onderzoeksbalans overzicht houden op het groeiende aantal boeken en artikelen, onderzoeken welke uitdagingen blijven bestaan, de onderzoekshiaten signaleren en toekomstig onderzoek inspireren.
De opzet is als volgt. Aan onderzoekers  werd de vraag gesteld om een bijdrage te schrijven over een bepaald thema op hun vakgebied en zo mee te werken om het onderzoek naar en van het textielerfgoed meer onder de aandacht te brengen. In deze eerste versie zijn acht thema’s onder de loep genomen. De komende jaren wordt de onderzoekbalans verder uitgebreid met nieuw onderzoek en andere thema’s. Je kun de onderzoekbalans lezen door op onderstaande foto te klikken.

ETWIE

Het is ongelooflijk hoeveel er in vier jaar tijd rond textielerfgoed tot stand is gebracht in Vlaanderen! Je kunt alles digitaal raadplegen en je vragen online stellen. Hier vind je hun website over het onderdeel textielerfgoed. Wie is de drijvende kracht achter dit gebeuren?

Dat is het kenniscentrum ETWIE.

ETWIE is de expertisecentrum voor technisch, wetenschappelijk en industrieel erfgoed. ETWIE opereert vanuit het Industriemuseum in Gent en houdt zich voornamelijk bezig met de roerende en immateriële aspecten van het erfgoed: machines, gereedschap, voertuigen, ambachten, technische kennis… Onroerend erfgoed – gebouwen of monumenten dus – behoren niet tot de expertise.

ETWIE vormt één van de vele expertisecentra in Vlaanderen en Brussel, die zich elk over een andere tak van het culturele erfgoed ontfermen. Ze worden ook de landelijke dienstverlenende rollen genoemd. In het filmpje hieronder wordt uitgelegd wat dat zijn.

Een hele mondvol: de Landelijke Dienstverlenende Rollen

Duizenden mensen in Vlaanderen en Brussel zijn met het technisch, wetenschappelijk en industrieel erfgoed begaan. Dat zijn professionele instellingen, zoals musea, universiteiten en bedrijven, maar ook niet-professionele organisaties en personen, zoals vrijwilligersverenigingen of privéverzamelaars.

ETWIE wil al deze erfgoedspelers samenbrengen, aanmoedigen, ondersteunen en begeleiden. En de onderlinge samenwerking tussen de erfgoedorganisaties stimuleren. Daarom spint ETWIE dagelijks aan een ruim netwerk waarbij het delen van kennis en expertise centraal staat. Het einddoel? Ervoor zorgen dat instrumenten, toestellen en machines, maar ook gebruiken, kennis, technieken en ambachtelijke vaardigheden in kaart gebracht, onderzocht en geborgd worden. Intussen richtte ETWIE met diverse partners al een netwerk op rond bedrijfserfgoed, rond textielerfgoed en rond wetenschappelijk erfgoed.

ETWIE wil ook naar buiten komen met dit fantastische erfgoed en er een draagvlak voor bouwen, zowel in eigen land als daarbuiten. Dit kan door het erfgoed van techniek, wetenschap en industrie via diverse media te promoten, verder onderzoek rond relevante thema’s op te starten en samen te werken met andere sectoren, zoals toerisme en onderwijs. ETWIE is daarnaast een actieve deelnemer in het internationale TICCIH-netwerk (The International Committee for the Conservation of the Industrial Heritage) en is vertegenwoordigd in het Europese ERIH (European Route of Industrial Heritage).

Via een kennisbank wordt zoveel mogelijk informatie toegankelijk gemaakt.

De organisatie bestaat naast enkele betaalde medewerkers uit enige vrijwilligers.

 

Deel Dit Verhaal, Kies Je Platform!

Over de auteur: Pieternel Hol